Stoeppalen Terschelling en Texel
Op de Grens/Historisch

29 juni 2008
oms ben je je niet bewust van dingen die je elke dag tegenkomt. Zo heb
ik er nooit bij stilgestaan dat het onooglijke paaltje bij mij voor de
deur een naam heeft. Het is een stoeppaal. Tijdens een bezoek aan
Terschelling werd ik me ineens bewust van het fenomeen stoeppalen.
Iedereen kent ze wel, ze zijn er in vele vormen, soms zijn het simpele
amsterdammertjes, soms chique granieten paaltjes met een ketting
ertussen rond een blauwstenen stoep voor een aristocratisch stadshuis.
Ze kunnen ook lelijk zijn, zoals de paaltjes bij mij voor de deur die
bestaan uit een rechtopstaande trottoirband. Op Terschelling
staan heel oude stoeppalen die wel de moeite waard zijn.
In wezen zijn deze oude stoeppalen een soort grenspalen en daarom
passen ze in deze rubriek. In de 17e eeuw waren er nog geen verharde
wegen. De huiseigenaar had recht op 4 voet (+/- 1,20 m) van de weg voor
zijn huis. Men paalde dit territorium af met stoeppalen en bracht
plaveisel aan. De stoeppalen gaven dus de grens tussen de privé- en de
openbare ruimte aan. Het leven speelde zich toen veelal af op straat.
Op de stoep ontmoette men elkaar en er werd gehandeld. Kooplieden
hadden vaak een verhoogde stoep. De rijkversierde stoeppalen gaven de
status van de bewoner weer.
Het gebruik van de stoeppalen raakte in de tweede helft van de 17e eeuw
in onbruik toen het sociale leven zich meer verplaatste naar
binnenshuis. Toen in latere eeuwen het verkeer explosief toenam,
moesten veel oude exemplaren wijken omdat ze in de weg stonden. Ze zijn
in het grootste deel van het land op een enkel exemplaar na verdwenen.

Stoeppalen werden vaak prachtig versierd en soms voorzien van een
jaartal. Een voorbeeld zijn twee palen uit 1628 in Vollenhove.
Ze sieren tot op heden de gevel van het pand dat bekend staat als de
voormalige Latijnse school. In het verleden stonden ze verder van de
gevel af, dat is te zien op oude foto's. De straat is echter smal en
daarom hebben de stenen een stapje terug moeten doen.
Kenmerkend voor een stel stoeppalen is dat ze meestal niet gelijk zijn
aan elkaar. Soms is er sprake van een mannelijk en een vrouwelijk
exemplaar. Het mannelijke exemplaar is voorzien van een schild,
het vrouwelijke heeft een ruitvormig ornament. Volgens de regels van de
heraldiek staat de mannelijke steen links en de vrouwelijke rechts.

Terwijl ze in de rest van het land nog maar sporadisch te vinden zijn,
zijn er op Terschelling nog veel intact. De meeste dateren uit
de eerste helft van de 17e eeuw. De palen overleefden zelfs de grote
brand die in 1666 het
grootste deel van West-Terschelling in de as legde. Het gebruik om
stoeppalen te plaatsen bleef langer in zwang dan in de rest van het
land. Toen de
functie van de palen uiteindelijk verdween, werden ze ook veelvuldig
gebruikt als grafsteen. Op het oudste kerkhof van het eiland, het
Stryper kerkhof, staan een paar mooie exemplaren.

Terschelling is trots op zijn stoeppalen. Ze zijn zo'n handelsmerk van
het eiland dat de richtingaanwijzers van de fietsroutes de vorm hebben
van een eenvoudige stoeppaal. Opvallend is dat ze niet voorkomen op de
naastgelegen eilanden. Een bewijs van de geďsoleerde ligging van de
eilanden ten opzichte van elkaar.
Aafke de Wijk
Texel

17 juni 2009
Vorig jaar op Terschelling las ik in een informatieboekje van het
museum dat stoeppalen op
de andere eilanden niet voorkomen. Maar afgelopen zaterdag
fotografeerde ik in Den Burg op Texel dit gehavende maar onmiskenbaar
oude stel. Zo zie je maar, het is altijd gevaarlijk om informatie
klakkeloos over te nemen.

Op de Grens/Historisch
|